Natuurlijke Bestrijding van Eikenprocessierups in Amsterdamse Bos: Sluipwesp en Sluipvlieg ingezet

Amsterdamse Bos kiest voor Natuurlijke Bestrijding

AMSTELVEEN - Het Amsterdamse Bos neemt dit jaar een baanbrekende aanpak aan in de strijd tegen de eikenprocessierups. In plaats van chemische middelen, zet het bos in op de inzet van natuurlijke vijanden van de bedreigende rupsensoort: de sluipwesp en de sluipvlieg. Deze twee natuurlijke jagers worden momenteel getraind voor hun cruciale taak.

De Strategie achter Natuurlijke Aanpak

Het bosbeheer heeft speciale kasten in eikenbomen geplaatst om natuurlijke bestrijding te ondersteunen. Deze kasten bevatten oude nesten met eitjes van zowel de eikenprocessierups als de sluipwesp en sluipvlieg. Zodra de sluipwespen en sluipvliegen uit hun poppen komen, kunnen ze door kleine openingen in de kast naar buiten vliegen. Op deze manier kunnen ze zich in de natuur verspreiden, zich voortplanten, en de volgende generatie eikenprocessierups aanpakken door hun eitjes op de rupsen te leggen en hun larven de rupsen van binnenuit te laten opeten.

Diversiteit in Bestrijding

Naast de focus op sluipwespen en sluipvliegen, probeert het bosbeheer ook andere dieren aan te trekken die kunnen helpen bij de bestrijding van de eikenprocessierups. Door speciale bloemen en groen rond eikenbomen te planten, nestkasten op te hangen, en beperkt te maaien onder de bomen, hoopt men onder meer koolmezen, pimpelmezen en vleermuizen aan te trekken.

Preventieve Maatregelen en Gezondheidsrisico's

Het bosbeheer blijft ook waakzaam voor nieuwe nesten van de eikenprocessierups en zal deze vanaf eind mei verwijderen om gezondheidsrisico's voor mens en dier te minimaliseren. De brandharen van de rupsen kunnen vervelende klachten veroorzaken, zoals jeuk, huiduitslag, geïrriteerde ogen en luchtwegen. Een volgroeide eikenprocessierups heeft ongeveer 700.000 haartjes, wat de urgentie van de bestrijdingsmaatregelen benadrukt.